De biobased economy in Noord-Nederland is kansrijk. De aanwezigheid van goede zeehavens, een chemie- en kunststoffencluster en veel grondstoffen zorgen ervoor dat het Noorden een grootschalige producent en leverancier kan worden van hernieuwbare grondstoffen voor de regionale productie van ‘groene’ chemicaliën, kunststoffen en veevoeder-eiwit. Dat blijkt uit het rapport ‘Noord4Bio’ dat donderdag is aangeboden aan het ministerie van Economische Zaken en de Tweede Kamer.
Het onderzoek komt voort uit de commissie-Willems, die de vergroeningsmogelijkheden van het chemiecluster in Delfzijl al eens onder de loep nam. Het ministerie van Economische Zaken vroeg de Wageningen Universiteit, de Rijksuniversiteit Groningen, Greenlincs, ECN en TNO om de kansen voor de bio-economie in heel Noord-Nederland in kaart te brengen.
De onderzoekers stellen dat het Noorden moet gaan samenwerken met de Duitse grensregio Weser Ems. Uiteindelijk liggen er dan in negen clusters flinke kansen voor de regio. Kansen die ontstaan door de aanwezige kennis te combineren met een unieke combinatie van goede zeehavens, een chemie- en kunststoffencluster in zowel Delfzijl als Emmen en een sterk ontwikkelde akkerbouw en veehouderij.
Volgens Errit Bekkering, Business Development Manager bij de NOM en Greenlincs (netwerk voor ondernemers in de Agrifood & Biobased Economy in Noord-Nederland), ontstaan er concrete mogelijkheden om de relatief kleine chemieclusters in het gebied te laten groeien met de productie van biobased chemische bouwstenen en processen. Dat zorgt ervoor dat het Noorden een flink woordje gaat meespreken op het gebied van bio-plastics en andere biobased materialen. Bovendien kan er voldoende eiwit voor diervoeder worden geproduceerd en dat verkleint het mestprobleem.
“Dit rapport zorgt ervoor dat we beter gebruikmaken van hetgeen in de regio aanwezig is”, zegt Bekkering. “Tegelijkertijd beschrijven we nieuwe ontwikkelingen die goed inpasbaar zijn in Noord-Nederland. Dit oppakken betekent een goede positie van onze regio als het gaat om de biobased economy. Noord-Nederland kan hiermee uitgroeien tot een speler van wereldformaat hetgeen voor Nederland en Europa een unieke positie betekent.”
Volgens Bekkering zijn er landelijk voldoende investeerders en subsidies beschikbaar om met de plannen aan de slag te gaan. Zo noemt het rapport ook de Regionale Investeringssteun Groningen als instrument om investeringen te ondersteunen. De investeringen moeten leiden tot nieuwe werkgelegenheid en zorgen voor een stimulering van de economie.
“De kansen zijn overduidelijk aanwezig”, zegt Bekkering. “We moeten nu aan de slag gaan en zorgen dat over drie jaar bedrijven de eerste investeringsbeslissingen hebben genomen en bezig zijn met de bouw van fabrieken. We zijn momenteel druk met het zoeken van bedrijven die zich als eigenaar van de geïdentificeerde kansen zien. Als Greenlincs kijken we samen met partijen als GreenPAC en EemsDeltaGreen welke plannen het snelst uitgevoerd kunnen worden en hoe we die met vereende krachten gaan oppakken”, besluit hij.
Het hele rapport met een uiteenzetting van de negen clusters waarop de onderzoekers kansen zien, is te lezen via deze link.